Dr. Gershom
  • OVER | ABOUT
  • BLOGS
  • MOKUM
  • BOEKEN | BOOKS
  • PRODUCTEN | TOOLS
  • CONSULTATIE | CONSULTATION
  • Contact

Een wekelijkse blog over het joodse leven, gebaseerd op teksten uit de Torah, de Geschriften en de Profeten.
[A serie of blogs about a jewish inspired lifestyle based on Jewish philosophy and psychology]
 

Click below this page to read previous blogs or click forward. Onderaan pagina kan je klikken voor voorgaande of volgende Blogs.
​

Be inspired by Dr. Gershom and his ideas about the magic of a meaningful and joyful life!

Picture

Jewish Life #74. Psalm 1 en 2: deel I

12/6/2025

0 Comments

 
In de middagdienst van Shabbat, tijdens Mincha, lezen we altijd het eerste gedeelte van de parashah van de aankomende week. Op deze wijze worden de Bijbelgedeelten naadloos aan elkaar gekoppeld. Afgelopen Shabbat lazen we het eerste deel van parashah Behaalotcha (Bemidbar/ Numeri 8.1-12:16). In vers 8:1-2 lezen we: ‘De Eeuwige zei tegen Mozes: Wanneer je de lampen aansteekt, zet de lampen zo dat de zeven lichten naar het centrum van de kandelaar schijnen.’
 
In een commentaar van de Lubavitcher Rebbe wijst deze beroemde rabbijn op een tekst uit het Bijbelboek Misjlee (Spreuken) wanneer Koning Salomo zegt: ‘De lamp [of het licht] is de ziel van de mens.’ De vlam immers, laat de Rebbe zien, schijnt altijd naar boven, zoals de ziel van een mens altijd streeft naar de verbinding met zijn spirituele bron. Soms is de ziel verblind door levensomstandigheden of een negatieve invloed van de omgeving, zodat zij haar natuurlijke dorst naar de haar oorsprong [Hashem] vergeet. Dit is de reden waarom Mozes de opdracht krijgt om de lampen aan te steken. Dit aansteken kan letterlijk vertaald worden als ‘de lampen omhoog doen’.[1]
 
Dit commentaar deed mij denken aan de inhoud van Psalm 1. Samen met Psalm 2, die in vele commentaren van oorsprong als één psalm worden gezien, was dit ook onderwerp van studie tijdens de recente nacht van Shavuot wanneer wij als gewoonte met elkaar in de synagoge de hele nacht studeren. De inhoud van Psalm 1 en Psalm 2 spraken mij die nacht in het bijzonder aan, reden om na de studie van de eerste twee verzen van de parashah van deze week, aandacht te besteden aan deze Psalmen. 
 
In de komende blogs zullen verschillende aspecten van Psalm 1 en 2 worden belicht.
 
Psalm 1 richt zich in tegenstelling tot Psalm 2 tot de individuele mens en begint met het Hebreeuwse woordje ashrei. De wortel van dit woord (Hebreeuwse letters: Aleph-Shin-Resh) is ook te vinden in Psalm 17:5 [‘mijn voeten volgen Uw spoor’] en verwijst naar ‘een stap’, ‘een stap voorwaarts’ of ‘een progressie’. Het wordt vaak vertaald met ‘gelukkig’, ‘gezegend’ of ‘prijzenswaardig’. In dit type vertaling verwijst ashrei naar de voorspoed van een persoon.
Als voorbeeld van een vertaling lezen we in Psalm 1:1: ‘Gelukkig is de mens die niet meegaat met wie kwaad doen, die de weg van zondaars niet betreedt, bij spotters niet aan tafel zit.’
Sommige commentatoren menen dat David als dichter het eerste woord van Psalm 1 heeft willen doen aansluiten bij de laatste woorden van Mozes, zo beschreven in Devarim (Deuteronomium) 33:29, waar we lezen: ‘Hoe gelukkig (ashrei) zijn jullie, Joods volk!’ David wilde graag dat de individuele mens met deze inspirerende woorden zijn weg zou vervolgen.
 
Het woord ashrei beschrijft een bijzondere kwaliteit van dit gelukkig-zijn van een mens. Hij streeft naar een stap voorwaarts, naar progressie om zijn kwaliteit van leven in al haar facetten te optimaliseren. Het is niet een feitelijk bereikt resultaat wat hij nastreeft, maar het concrete streven in woord en daad. De diepte van het woord ashrei is gelegen in iemands progressieve ontwikkeling, een streven om te groeien en te floreren, zowel spiritueel als materieel, zoals een boom, vrucht draagt onder de bescherming van de natuur die haar door de Eeuwige is gegeven. Dit bijzondere woord waarmee het boek van de Psalmen begint omhelst een beweging, een dynamiek. 
 
In het meervoud verwijst dit bijzondere en veelvoorkomende woord in de Psalmen op de volheid van iemands mogelijkheden om te groeien en zijn streven naar vooruitgang. Hierbij is de mens, zegt Rabbi Samson R. Hirsch treffend, aangewezen op zijn eigen inzet. Het is geen kwestie van toeval.[2] Er zijn, schets de Psalm, specifieke condities waaronder dit type mens groeit. Hij moet iets wel doen en juist dingen nalaten. Een goede ontwikkeling, zo leert de Joodse Bijbel ons, beweegt zich altijd in richting van een geheiligde levenswandel. De rechtvaardige wandelt met Hashem. Wat hij nalaat laat zich vanuit het eerste vers van psalm 1 raden: geen omgang met mensen die kwaad doen, zondigen of spotten. 
 
De psalm contrasteert de rechtvaardige mens (tzadik) met drie andere persoonlijkheidstypen: iemand die kwaad doet, de zondaar en de spotter. Volgende week, in blog twee van deze miniserie over Psalm 1 en 2, besteden we aandacht aan deze persoonlijkheidstypen.
 
Concluderend kunnen we stellen dat David ieder mens met het woordje ashrei iets belangrijks wil meegeven: een persoon heeft altijd onafhankelijk van een situatie of specifieke levensomstandigheden de mogelijkheid door te gaan, zijn levensweg te vervolgen. De mens is een dynamisch wezen die vanuit zijn natuur de capaciteit heeft om te groeien.[3]
 
[1] The Lubavitcher Rebbe (2021). Chumash. Chabad House Publications (pp. 872-874). 
[2] Hirsch, S.R. (2018). Collective Writings of Rabbi Samson Raphael Hirsch: Volume IV. Feldheim (p. 264). 
[3] Juist ook in of na ingrijpende levensomstandigheden. Reden dat we in de moderne klinische psychologie spreken over ‘Posttraumatische Groei’. Een eventuele trauma therapie is gericht op het potentieel van de mens om te groeien. 

 
Click on 'previous' to read more Blogs (Klik op 'vorige' voor meer Blogs).
0 Comments

Your comment will be posted after it is approved.


Leave a Reply.

Proudly powered by Weebly
  • OVER | ABOUT
  • BLOGS
  • MOKUM
  • BOEKEN | BOOKS
  • PRODUCTEN | TOOLS
  • CONSULTATIE | CONSULTATION
  • Contact